Pomegranate, Punica Granatum

De prachtige granaatappel. Wie kent hem niet. Met zijn prachtige bolronde felrode vruchten. Het bemachtigen van de overheerlijke vruchtjes vergt wat handigheid, maar dan heb je ook wat. Heerlijke frisse zaden gevuld met geweldig gezond sap. Eet ze in een salade, door de muesli of uit de hand, want ze zijn heerlijk!

De granaatappel is één van die vruchten die er al sinds mensenheugenis zijn. Wijdt verspreid over onze aarde zijn er vele variëteiten in zowel subtropische, gematigde en zelfs in hele koude zones, zoals Rusland. De kunst is om die variëteiten te vinden die in ons klimaat kunnen gedijen. Voor ons relatief korte groeiseizoen zijn er granaatappels die vroeg rijpen én winterhard zijn. Momenteel heb ik voor de kweek > 20 verschillende soorten staan. 

De granaatappel is bladverliezend in de winter, maar kan ook bladval geven bij extreme droogte. De mooie glanzende bladeren staan tegenover elkaar en zijn niet zo groot. De plant groeit meer bossig dan als boom. En aan de toppen van de scheuten ontstaan de enkelvormige oranje bloemen. De leerachtige vruchten worden 8 tot 12 cm en zijn gevuld met grote cellen, zoals bij de Citrus. Deze cellen zitten vol met gezond sap en elke cel heeft een pitje. En dat pitje ingebed in een soort gelei kan óf heel hard óf eetbaar zacht zijn, een soort crunch. Ik ben meer van de zachtere pitjes. ;-)

De granaatappel is één van die vruchtensoorten die op een koele droge plaats goed te bewaren is.